zondag 29 maart 2009

Economen zijn dwazen!

De meeste samenlevingen zijn het erover eens dat het geen goed idee is om mensen op eigen houtje conflicten te laten uitvechten. Dus hebben ze een systeem van rechtspraak ontwikkeld om ons gedrag in aanvaardbare banen te leiden.
In onze geseculariseerde samenleving is de opvatting gemeengoed geworden dat de wetten en regels waarop die rechtspraak gebaseerd is, op zichzelf genoeg zijn om mensen in het gareel te houden. In de wet staat dat men niet mag stelen, dus zijn onze wetgevers ervan uitgegaan dat de managers van grote bedrijven, zoals banken en verzekeringsinstellingen, zich daaraan niet schuldig zouden maken. Het ligt er natuurlijk aan hoe je 'diefstal' definieert, maar er valt zeker iets te zeggen voor de stelling dat deze types ons jarenlang bestolen hebben.
(Het is merkwaardig dat dat vertrouwen aan de andere kant van economische spectrum volkomen ontbreekt. De wetgever gaat er vandaag de dag van uit dat wie afhankelijk is van een uitkering in principe een fraudeur is - aan de uitkeringstrekker om te bewijzen dat dat niet zo is met een schier ontoegankelijk oerwoud van regels en formulieren. Iemand zou eens moeten uitrekenen wat onze uitkeringen hebben gekost, afgezet tegen de kosten die we nu moeten maken om de ellende van de gedereguleerde financiële markten op te lossen.)
Hoewel het te ver gaat om te zeggen dat alle eigendom diefstal is, ben ik ervan overtuigd dat somige zaken te belangrijk zijn om aan privé-personen in eigendom te geven. Ik heb het dan over zaken als gezondheidszorg, het verzekerings- en bankierswezen en de nutsbesdrijven. Met een beetje goede wil zouden zelfs de media daaronder kunnen worden geschaard, maar als voormalig journalist ben ik wellicht bevooroordeeld.
Het is niet voor niets dat het bedrijfsleven zich zo sterk heeft gemaakt om al deze zaken zo veel mogelijk te privatiseren. Hoewel het in veel opzichten onwetende dwazen zijn, hebben onze captains of industery van een ding in principe wel verstand, en dat is van geld verdienen. Zij wreven zich in de handen bij de miljarden die te verdienen zouden zijn aan het verkopen van gezondheidszorg, energie en water aan consumenten die daar altijd veel geld voor zullen overhebben, want het zijn tegenwoordig zo'n beetje eerste levensbehoeften.
Het gaat deze bedrijven erom hun winsten te maximaliseren - daar maken ze geen geheim van. Ze hebben de mythe doen postvatten dat dit streven automatisch leidt tot de meest efficiënt denkbare bedrijfsvoering en derhalve tot het best mogelijke 'product' voor de 'consument'. Hoe het een volgt uit het ander is mij altijd een radsel geweest. Het tegenovergestelde lijkt mij het geval: een maximaal winststreven leidt uiteindelijk tot mindere dienstverlening, want die dienstverlening is de voornaamste kostenpost van een dienstenverlenend bedrijf.
Dat zaken van algemeen belang zijn verkwanseld aan het bedrijfsleven, komt doordat ons economisch systeem gespeend is van moreel besef. Politici met morele ruggengraat hadden hiertoe nooit kunnen besluiten. Het was immers niet voor niets dat nutsbedrijven en gezondheidszorg ooit gedeprivatiseerd zijn. Dat was omdat ze in handen van het bedrijfsleven op een puinhoop uitdraaiden. Onze politici hebben zich echter door economen inmiddels van het tegendeel laten overtuigen.
Economen studeren hun vak aan universiteiten en daarom denkt men dat wat zij bedrijven wetenschap is, maar dat is niet waar. Economie is een op gedateerde natuurwetenschappelijke beginselen gebaseerde manipulering van statistieken die met wetenschap niets te maken heeft.
Zo gaan economen ervan uit dat deelnemers aan het economisch proces wezens zijn die altijd rationale beslissingen nemen en niet gehinderd worden door morele bezwaren bij het bevredigen van hun hebzucht. In feite is hebzucht de enige menselijke karaktertrek die economen erkennen. Dat vloeit voort uit een nogal gemankeerd besef van Darwins theorie van natuurlijke selectie, die wel eens kort wordt samengevat als 'survival of the fittest'. Dat wordt doorgaans vertaald en opgevat als 'het recht van de sterkste', maar dat is in biologisch opzicht volstrekt niet het geval.
De term moet gelezen worden als 'het recht van de het best aan zijn omgeving aangepaste', want dat is waar het in darwinistische biologie om draait. Dat hoeft helemaal niet de sterkste te zijn. Sterker nog: in een intens sociale diersoort als de mens is de best aangepaste waarschijnlijk niet de sterkste of de meest gewelddadige, maar de verstandigste. Maar in de visie van de economen moet de 'sterkste' altijd overleven. Dat dat onvermijdelijk tot allerlei sociale ellende leidt, nemen zij vanuit hun gemankeerde wetenschappelijke perspectief voor lief omdat het past in hun sociaal-darwinistische wereldbeeld.
Verstandig gedrag bij de mens vereist vaak evenwel juist het tegenovergestelde van wat de economen propageren. Altruïsme op korte termijn kan leiden tot het bereiken van voor ons allen zinvolle doelen op lange termijn. Altruïsme wordt echter niet erkend in de huidige maatschappelijke en economische beginselen. Wie niet in de eerste plaats voor zichzelf opkomt, wordt al snel voor idioot versleten.

Wordt wellicht vervolgd...

Geen opmerkingen:

Een reactie posten